Technische gegevens van Molen Het Klaverblad.
De molen is geplaatst op een houten schuur van 5 bij 5 meter en de stellinghoogte is 4.60 m.
Naast en vastgebouwd aan de molenonderbouw een houtloods. Deze is in 1973 gesloopt bij houthandel Donker te Zaandijk en behoorde bij de zagerij 'de Voorwaart' Deze zagerij kwam omstreeks 1875 (in en) op de plaats van zaagmolen 'Het Konijn'. Deze bovenkruier kreeg volgens Boorsma de windbrief op 20-04-1644 en volgens architect Han van Leeuwen te Koog aan de Zaan, kenner van oude houtbouw, zou gezien de bouw, dat ook wel eens het bouwjaar van de houtloods kunnen zijn!
Naast en vastgebouwd aan de molenonderbouw een houtloods. Deze is in 1973 gesloopt bij houthandel Donker te Zaandijk en behoorde bij de zagerij 'de Voorwaart' Deze zagerij kwam omstreeks 1875 (in en) op de plaats van zaagmolen 'Het Konijn'. Deze bovenkruier kreeg volgens Boorsma de windbrief op 20-04-1644 en volgens architect Han van Leeuwen te Koog aan de Zaan, kenner van oude houtbouw, zou gezien de bouw, dat ook wel eens het bouwjaar van de houtloods kunnen zijn!
Het ondervierkant en piramide van de molen is gemaakt van gebruikt hoekijzer en geheel bekleed met hout (dubbelwandig).
In het midden is een stalen pijp Ø 230 mm, geplaatst waarom het bovenhuis draait.
Het bovenhuis staat op 12 klossen zeer stevig en daarom beweegt het bovenhuis tijdens het malen niet veel. Het bovenhuis bestaat uit een skelet van grenenhout. De kap-spanten zijn van eikenhout. Het geheel is bekleed met red ceder hout.
Middels een windkoppel met 6 spaken aan de staartbalk wordt de molen op de wind gezet. Dit gaat meestal zo licht dat met duwen tegen de staartbalk het zelfde resultaat wordt verkregen.
De bovenas is geconstrueerd uit een dikwandige stalen pijp. De hals draait in een glij-lager met bronzen schalen die gesmeerd worden vanaf de stelling. Voor het penlager is een stuk rond staal Ø 50 mm in de pijp gelast en draait in een axiaal kogellager. Op het middengedeelte zijn stukken U-profief gelast om een vierkant te krijgen voor het vierkante gat van een oud wiel dat van de vereniging de Zaansche Molen gekregen is. Van dit wiel met een diameter van bijna 1 meter is een bovenwiel gemaakt. Dit wiel heeft 21 kammen en loopt op een schijfloop met 10 staven. De schijfloop zit op een ijzeren as die door de ijzeren koker naar beneden loopt en draait ook op kogellagers.
De as-kop is deelbaar (3 delen) en deze delen worden vastgezet met een zware bout in het midden en 4 trekstangen op de hoeken.
De roeden konden beneden kant en klaar gemaakt worden en daarna op hun plaats gebracht.De molen heeft een oud Hollands gevlucht. De lengte van de ijzeren roeden is 8.15 meter. In elk end zitten 4 borden welke vastgezet zijn met wervels.
De vang rond het bovenwiel is een zogenaamde 'Vlaamse vang' en bestaat uit een rond gewalste ijzeren band en wordt tijdens het malen geborgd met een klamp. Een 'pal' ( met 2 kammen) voorkomt achteruitdraaien. De vang remt alleen in de draairichting. De vangbalk is zo zwaar dat een trekvang niet nodig is. Verder word bij stilstand de rechtketting op de stelling vastgezet.
Zoals eerder vermeld is de spil, die vanaf het bovenwiel door de koker draait van staal tot het kogellager. Hierna is de spil van hout 100 bij 120 mm en 4.90 meter lang en drijft op de begane grond een cirkelzaag aan.
Voor de haakse overbrenging zorgt een tandwielkast met een versnelling van 1 op 4. Van hieraf wordt met 2 V-snaren de zaagas aangedreven van de houten zaagtafel. Deze overbrenging is tijdelijk. Zodra er voldoende geld beschikbaar is zal de houten spil worden ingekort en een horizontale houten as gaan aandrijven. Deze as komt aan de stelling zolder te hangen en er komen riemschijven op zodat er meerdere werktuigen aangedreven kunnen worden.
Copyright © 2005 by "Stichting Het Klaverblad" · All Rights reserved ·
